Tags voor deze pagina:
Informatie

PROV 2021: weggebruikers over verkeersveiligheid

Hoe draag jij bij aan veilig verkeer?

Het ROV Zuid-Holland geeft tweejaarlijks opdracht om onderzoek te doen naar het weggedrag in de provincie. Voor het Periodiek Regionaal Onderzoek Verkeersveiligheid (PROV) Zuid-Holland 2021 zijn weggebruikers gevraagd naar hun eigen verkeersgedrag en naar hun mening over verkeersveiligheidsmaatregelen. In dit artikel staan de belangrijkste bevindingen uit het onderzoek op een rij.

Door op een van de onderwerpen in de lijst bovenaan het artikel te klikken kom je direct bij de belangrijkste bevingen per onderwerp.

Fietsers (4.552[1] deelnemers)

De fiets wordt het meest gebruikt voor recreatieve doeleinden (97%) en voor woon-werkverkeer ( 47%) . Het gaat bij 81% om een standaard fiets, 35% van de deelnemers gebruikt ook de e-bike.

Een derde van de fietsers neemt weleens deel aan het verkeer onder invloed van alcohol. Ruim een derde vindt deelname aan het verkeer na drie of vier glazen nog prima. Een op de 10 deelnemers vind zelfs fietsen met meer dan 6 glazen op zelfs nog acceptabel. Voor het fietsen onder invloed van alcohol geven de meesten aan geen keuze te hebben: ze hebben alcohol genuttigd en moeten naar huis.

Ruim twee derde van de fietsers geeft aan de telefoon niet te gebruiken tijdens het fietsen. Als de mobiel wel wordt gebruikt, is dat meestal voor de navigatie. Bijna driekwart van de fietsers schat de pakkans voor fietsen met de telefoon (zeer) laag in.

Ruim 80% van de fietsers heeft een werkend voor- en achterlicht op de fiets. Twee derde van de fietsers gebruikt de verlichting om gezien te worden door anderen. Van de groep die geen (volledig) werkende verlichting heeft geeft ruim 50% aan geen tijd te hebben gemaakt om de verlichting te repareren. Fietsers schatten de pakkans bij overtredingen als (zeer) laag in.

Automobilisten (4435 deelnemers)

De auto wordt het meest gebruikt voor recreatieve doeleinden (99%) en woon-werkverkeer (59%). Het merendeel van de automobilisten geeft aan rond de maximumsnelheid te rijden, op veel typen wegen loopt dit op tot vier op de vijf automobilisten. Vooral op doorgaande wegen, op wegen in een woonwijk en ’s nachts op autosnelwegen rijdt een op de vijf zelfs langzamer dan de limiet.

Tijdens wegwerkzaamheden rijdt twee derde van de respondenten rond de maximumsnelheid, en ruim 10% langzamer. Ruim 20 procent rijdt in die situaties harder dan is toegestaan. De respondenten vinden veiligheid de belangrijkste reden om zich aan de snelheid te houden. Van degenen die weleens te hard rijden geeft twee derde aan dit voornamelijk te doen om zich aan te passen aan andere weggebruikers. De pakkans wordt met 35% het hoogst ingeschat op auto(snelwegen). Het overgrote deel (85 %) schat de pakkans binnen woonwijken (zeer) laag in.

Vier procent van de automobilisten uit het onderzoek geeft aan weleens onder invloed van alcohol of medicijnen te rijden. Het grootste deel van deze groep geeft daarvoor als reden op dat alcohol de rijvaardigheid niet beïnvloedt. Een kwart geeft aan weleens onder invloed van alcohol te rijden omdat ze geen keuze hebben: ze hebben alcohol genuttigd en moeten nog rijden. Een zelfde deel voert als reden aan het ongezellig te vinden om niet mee te drinken.

De telefoon wordt in de auto voornamelijk gebruikt voor de navigatie. Meer dan de helft van de automobilisten schat de kans om gecontroleerd te worden op het bedienen van de telefoon als (zeer) klein in.

Bijna alle bestuurders dragen de autogordel. Van de passagiers voorin draagt zo’n 97% de gordel, en van de passagiers achterin 85% (op lange afstanden) of 82% (op korte afstanden). Zeven procent van de automobilisten schat de pakkans voor het niet dragen van de gordel (zeer) hoog in.

Automobilisten geven zichzelf een 8 voor hun verkeersgedrag, en geven andere weggebruikers een 6,7.

Scooter-, snorfiets- en bromfietsrijders ( 345 deelnemers)

Een op de tien deelnemers gebruikt de bromfiets. De meesten van hen (87%) gebruiken deze voor recreatieve doeleinden, 40% gebruikt hem voor woon-werkverkeer. Ongeveer twee derde van de bromfietsers rijdt op vrijwel alle typen wegen de maximum snelheid. De meest genoemde reden om te hard te rijden (23%) is plezier. Van alle bromfietsers rijdt 7% rijdt weleens onder invloed van alcohol. Bijna de helft daarvan rijdt weleens onder invloed, omdat ze geen keuze hebben: ze hebben iets genuttigd en moeten naar huis. Ruim twee derde van hen vindt dat je na 3 of 4 glazen alcohol nog kunt deelnemen aan het verkeer. Twee derde schat de pakkans voor rijden onder invloed laag of zeer laag in.

Van deze groep gebruikt 8% de telefoon handheld voor de navigatie. Zes op de tien schat de pakkans voor handheld gebruik van de telefoon (zeer) laag in.

Deze groep waardeert het eigen verkeersgedrag met een 7,9 en dat van anderen met een 6,5.

Motorrijders (267 deelnemers)

Zeven procent van de deelnemers gebruikt de motor, en doet dit vooral voor recreatieve doeleinden (83%), gevolgd door werk (40%). Snelheidsovertredingen komen ook bij hen het meest overdag voor op auto(snel)wegen. Ook bij motorrijders is veiligheid het belangrijkste motief om zich aan de snelheid te houden. Redenen voor overschrijding van de limieten liggen in het plezier van hard rijden (45%) en in de aanpassing aan andere weggebruikers (42%).

Ook motorrijders schatten de pakkans voor snelheidsovertredingen het hoogst (29%) op auto(snel)wegen.

Het percentage motorrijders dat aangeeft weleens onder invloed aan het verkeer deel te nemen is te verwaarlozen. Veiligheid wordt door 87% aangegeven als belangrijkste reden om niet onder invloed van alcohol te rijden. Met 12% schatten motorrijders de pakkans voor rijden onder invloed het hoogst in van alle deelnemers aan het onderzoek. De overgrote meerderheid van de motorrijders gebruikt de mobiele telefoon niet handheld tijdens het rijden, hoewel 76% van hen de kans om te worden gecontroleerd op mobielgebruik tijdens het rijden als (zeer) klein inschat.

Motorrijders waarderen hun eigen verkeersgedrag met een 7,4, en dat van anderen een 6,8.

Vrachtwagenchauffeurs (77 deelnemers)

Vrachtwagenchauffeurs geven aan nauwelijks te hard te rijden. Het overige deel (6%) doet dit weleens op doorgaande wegen binnen de bebouwde. Bij wegwerkzaamheden houdt 79% zich aan de snelheid, 15% rijdt daar zelfs juist langzamer. Veiligheid is weer de belangrijkste reden om zich aan de snelheid te houden, en overschrijdingen worden het meest (27%) ingegeven door aanpassing aan het andere verkeer.

Als vrachtwagenchauffeurs al onder invloed de weg op gaan is dat onder invloed van medicijnen (3%). Veiligheid  is met 69% weer de belangrijkste reden om alcohol te laten staan als er nog gereden moet worden. van alle respondenten

Vrachtwagenchauffeurs gebruiken de telefoon geregeld tijdens het rijden, voornamelijk handsfree. Ruim twee derde gebruikt de mobiel voor de navigatie. Gewoonte speelt daarbij de grootste rol. Slechts 10% van de respondenten schat de pakkans voor gebruik van de mobiel hoog in.

Vrachtwagenchauffeurs geven zichzelf een 7,9 voor verkeersgedrag, en anderen een 6,8.

Scootmobielgebruikers (47 deelnemers)

De meerderheid van de scootmobielgebruikers rijdt langzamer dan de maximumsnelheid: slechts 5% rijd weleens harder dan toegestaan. Ongeveer 16% van deze groep rijdt weleens onder invloed van medicijnen, tegen 4% onder invloed van alcohol. Van de medicijngebruikers onder deze groep slikt de meerderheid zware pijnstillers. Zij gebruiken de scootmobiel na medicijninname voornamelijk door de veronderstelling dat de medicijnen de rijvaardigheid niet beïnvloeden.

Van deze groep gebruikt 17% de navigatie weleens tijdens het rijden, 3% doet dit weleens handheld.

Bijna alle scootmobielgebruikers hebben werkende verlichting op het voertuig. Wie dat niet hebben, geven daarvoor als reden op dat ze met hun type voertuig alleen op het trottoir rijden.

Wat vinden de respondenten gevaarlijk gedrag?

Het overgrote deel van de respondenten (96 %) vindt bij fietsen het fietsen zonder verlichting het gevaarlijkst, op de voet gevolgd door het door rood rijden en smartphonegebruik op de fiets (beide 91%). Het gevaarlijkste gedrag van voetgangers (80%) vindt men het door rood lopen.

Bijna alle volwassen deelnemers vinden het tijdens autorijden gevaarlijk als automobilisten drugs gebruiken in het verkeer, door rood rijden of de smartphone gebruiken. Deze gedragingen worden in de risicobeleving op de voet gevolgd door snijden, bumperkleven, rijden onder invloed en inhalen waar dat niet mag. Ook te hard rijden binnen de bebouwde kom vinden negen op de tien mensen gevaarlijk. Vrouwen vinden deze situaties volgens het onderzoek gevaarlijker dan mannen. Mensen vanaf 40 jaar vinden deze situaties gevaarlijker dan jongere mensen.

Meningen over maatregelen

Van de bestaande maatregelen kunnen deze maatregelen rekenen op grote draagkracht van de respondenten:

  • het verbod op handheld bedienen van de telefoon;
  • het plaatsen van camera’s bij verkeerslichten waar veel overtredingen plaatsvinden en;
  • het beginnersrijbewijs.

Deze extra of strengere maatregelen hebben – in afnemende volgorde van draagkracht (tussen 90% en 73% – veel steun:

  • meer controles op rijden onder invloed
  • zwaardere straffen voor drugsgebruik in het verkeer
  • meer controles op het handheld gebruik van de smartphone
  • het vaker opleggen van een verplichte gedragscursus bij grove overtredingen
  • meer informatie door de overheid over nieuwe regels en situaties
  • meer mogelijkheden om bij zware overtredingen het rijbewijs ongeldig te verklaren
  • op meer plaatsen een inhaalverbod voor vrachtverkeer

Jongeren

Er hebben in totaal 248 jongeren (leeftijd 12-17 jaar) deelgenomen aan de het onderzoek. Vier op de vijf deelnemers heeft geen rijbewijs. Een groep van 17% is wel in het bezit van een AM-rijbewijs, tegen 4% met een B-rijbewijs.

Jongeren gebruiken meestal de fiets voor verplaatsingen.

Het overige deel (5%) rijdt bromfiets, scooter of scootmobiel. Een derde van de scooter- bromfiets of snorfietsberijders heeft zijn voertuig opgevoerd om harder te kunnen rijden dan wettelijk is toegestaan. Vrijwel alle fietsers en gebruikers van de scooter, brom- of snorfiets hebben werkende verlichting. Het gordelgebruik ligt met driekwart iets lager dan bij volwassen automobilisten en passagiers.

Maar weinig jongeren nemen deel aan het verkeer na het nuttigen van alcohol, en geen enkele jongere gaf aan dit na gebruik van drugs te doen.

Deze groep vindt het rijden zonder verlichting of het door rood rijden de gevaarlijkste overtredingen van fietsers en bestuurders.

Jongeren schatten ze de kans om als fietser en als gebruiker van de scooter, bromfiets of snorfiets te worden gecontroleerd het grootst in voor de fietsverlichting, en het kleinst voor fietsen en rijden  onder invloed (63%)

Bijzonderheden van deze editie van het PROV

Net als voorgaande edities is het onderzoek uitgevoerd door I&O Research. Er hebben ruim 5.300 mensen aan het onderzoek deelgenomen. Gezien omvang en de samenstelling van de groep deelnemers is deze steekproef representatief.  Dit mede dankzij de medewerking van een groot aantal gemeenten, die via hun website of sociale media aandacht voor het digitale onderzoek hebben gevraagd.

De vragen in het onderzoek zijn gespecificeerd naar verkeersrol. Er is in deze editie een aantal verkeersrollen toegevoegd ten opzichte van eerdere edities, zoals vrachtwagenchauffeurs en gebruikers van de scootmobiel.

Jongeren hebben een specifieke vragenlijst ingevuld.

De gegevens per regio zijn in factsheets verwerkt.

Downloads

Het volledige rapport

Factsheet Alblasserwaard

Factsheet Drechtsteden

Factsheet Goeree-Overflakkee

Factsheet Hoeksche Waard

Factsheet Holland Rijnland

Factsheet Midden-Holland

Factsheet MRDH


[1] Deelnemers hebben de vragen in meerdere rollen kunnen beantwoorden. Het totaal aantal in deze opsomming komt daardoor hoger uit dan het totaal aantal respondenten